Er waait een losgewapperd geel blad voorbij. Herfst. In de spiegel iemand die je met geen mogelijkheid een blozend lentebloemetje kunt noemen. Nou ja, ik heb mijn eigen haar nog. Maar voor het liefelijke voorjaarsgevoel hebben we de kleinkinderen.
Dochter Janine is met Boaz in de bakfiets op weg naar huis als ze zegt: “Boaz, ik moet nog even naar de bank.” Boaz zegt: “O ja, ga je even zitten?”
“Nee,” zegt mijn dochter, “ik bedoel een andere bank. Een bank waar ze centjes bewaren.” “Ja”, zegt mijn geweldige kleinzoon. “Chocoladesinterklaascentjes, hè mamma?”
Het is een kind om op te vreten. Belt hij me op om te vertellen dat hij al zonder zijwieltjes kan fietsen. Goeie genade, hij is pas drieënhalf. De manier waarop hij zijn belangrijke boodschap brengt is heftig. Met veel overdreven ademhalen, want hij schept op, en ik versta hem nauwelijks. “Geen wieltjes”, roept hij en “papa mag kijken” en nog wat losgebrokkelde zinnen en dan mag ik weer met Abeltje. Maar die zegt alleen ‘ja’ op een vraag. Een enkele keer ‘nee’. “Heb je gegeten, Abel?” “Ja.” “Ga je nu naar bed, Abel?” Geen antwoord. Dan komt Boaz weer en halverwege het opgewonden gebabbel neemt mijn dochter de telefoon over en legt het een en ander uit. Dan komt Abel weer en Boaz wil verder vertellen. Want laten we wel wezen het is natuurlijk ook geweldig als je drieënhalf bent dat je mag wachten tot pappa thuiskomt en het al donker is, en je hem dan op straat in het donker mag laten zien dat je zonder zijwieltjes kan fietsen.
Ik wil ook zonder wieltjes. Nee dat is niet waar, ik wil vier wielen op een rood bijna-brandweerauto’tje, maar de bureaucratie denk nog na waarschijnlijk. Heb ik al verteld dat ik ook een traplift wil? Nee zeker, want ook al zo gênant. Stresshartje, meer wil ik er niet over zeggen. Maar wel iets over het bureaucratisch denken. Mevrouw, u wilt een HuisAanpassing! Dan moet Alles Aangepast worden. Ook Uw WC. En ook Handvatten en Klemmen en ruimte om te draaien met de rolstoel. Dat u die niet nodig hebt in huis, daar hebben we niets mee te maken. Dat zijn de Regels. We kunnen ook zeggen Verhuis maar. Jahaa mevrouwtje, alles of niets. En een herkeuring, want het is ons te lastig al uw artsen te raadplegen.
Ik kijk naar buiten. Nog meer sneue blaadjes laten zich gaan. Geen houvast meer aan de boom die tot voor kort de bron van alles was. Houten moeder, steun en gezellig, om aan te wapperen met heftige wind. Zouden die blaadjes ook niet van te voren weten dat er een tijd komt dat je verkleurd en droog weg moet bij je lieve boom?
Verhuizen? Nou nee. Ik dacht het niet. Ik kan ook heel langzaam die trap op. Steeds even wachten tot het stresshartje weer genoeg lucht heeft. Maar redelijk vlug de trap af, want dan werkt de zwaartekracht. Goed hè? Hier blijven we. En medelijden wil ik niet, en geen gedwongen handgrepen en wat ze nog meer kunnen verzinnen.
Boaz en Abeltje en Maxje kunnen allemaal tegelijk hier logeren. Met hun ouders. Dan ga ik toch niet in de koude wind van mijn boom los?